logo

contacteer ons 

Electro Security Services

Camerabewaking: analoog of digitaal?

 

Het gonst al enkele jaren van speculaties over de opmars van IT  in camerabewaking toepassingen. Het leidt geen twijfel dat daar waar er rook is, er ook vuur is. Er wordt heel veel gezegd en geschreven over de technologische evolutie van analoge naar IP gebaseerde technologie. Maar wat bedoelt men net als men een camera een "IP-camera" noemt? En welke zijn de praktische voor- en nadelen van deze technologie? Wat is het verschil tussen IP- en megapixelcamera's? Dat zijn allemaal vragen waarop deze site een antwoord biedt, gezien vanuit onze huisstijl, namelijk vanuit het economische en praktische nut voor de gebruiker van deze technologie.

Cif of Common Interface Format is een formaat gebruikt om de horizontale en verticale resolutie in pixels van videosignalen weer te geven. Dit formaat werd overgenomen (1990) in de H.261 standaard, die ondertussen overgenomen door de H.264 (MPEG4) standaard.

Voor bewakingscameras is het van belang dat identificatie geschiedt op een beeld van minstens 1 CIF (352 x 288). Voor identificatie moet 120% van de te identificeren persoon of object in beeld kunnen worden gebracht. Bij de keuze van een bewakingscamera is het van het grootste belang om met deze resolutie rekening te houden. Als een persoon op een afstand van bijvoorbeeld 10m wordt gefilmd, moet hij uiteindelijk -voor identificatiedoeleinden- op een monitor kunnen worden weergegeven in zijn volle lengte met een resolutie van 120% van 1 CIF. Het aantal pixels waarmee die persoon wordt weergegeven moet dus (352x288 pixels) x 1,2 bedragen.

 

Analoge camera's geven aan de uitgang een composiet analoog signaal. Deze camera's worden meer en meer vervangen door digitale camera's, en worden hier niet verder besproken

Digitale camera's bestaan uit twee types: deze met een digitaal opname-element, en deze met een analoog opname-element en analoog/digitaal conversiechip. Camera's van Mobotix zijn van de eerste soort, Bosch oa produceert camera's van de tweede soort.

De markt van CCTV  is in volle beweging.  Niet alleen is er nog steeds stijgende vraag naar cameratoezicht op zowel publieke als private plaatsen, maar ook aan de aanbodzijde is de markt zeer actief. De grote producenten van CCTV-cameramateriaal zijn zich al lang bewust van de onomkeerbare overgang van 'analoge' naar 'digitale' technologieën (lees kleiner en goedkoper) en hebben dus al lang compleet digitale apparatuur in hun gamma. Maar waar ligt nu precies die grens tussen analoog en digitaal?  Zoals zo vaak het geval, is nu ook weer heel wat verwarrende terminologie in het leven geroepen die er voor zorgt dat niemand nog precies weet hoe en wat.  Is analoog nu per definitie achterhaald of minderwaardig aan digitaal? Is de zogenaamde 'analoge' camera voorbijgestreefd of evolueert hij mee met de behoeften van deze tijd?
Deze 'whitepaper' breng licht in de duisternis.

Hoe het allemaal begon

De uitvinding van de beeldbuis en de TV is al een tijdje geleden.  We zijn er allemaal mee opgegroeid en staan er niet bij stil welke technische stunts er nodig waren om TV-beelden in onze huiskamer te brengen.  Niet alleen moest een kwaliteitsbeeld kunnen worden opgenomen, het moest ook worden getransporteerd naar elke huiskamer en daar weer kwaliteitsvol worden weergegeven. Niet te vergeten dat er van breedband netwerken absoluut nog geen sprake was destijds! Om dat te realiseren, moesten er uiteraard afspraken (standaarden) worden vastgelegd die definieerden hoe een beeld moest worden gevormd en hoeveel beelden per seconde er nodig waren om de TV-kijker een indruk van een vloeiend beeld te geven. De afspraken die destijds gemaakt zijn, vormen ook de basis voor het merendeel van de tot vandaag gebruikte Cameratoezicht systemen. 
Zo werd afgesproken dat een beeld (in Europa dan toch) uit 625 lijnen moest bestaan en tevens dat er 25 beelden per seconde nodig zijn om een vloeiende indruk te krijgen. De Amerikanen kozen voor 30 beelden per seconde, maar minder lijnen per beeld (547). De keuze van het aantal beelden per seconde had trouwens ook te maken met de frequentie van de wisselstroom van het lichtnet (bij ons 50 keer per seconde, bij de Amerikanen 60).  De Europese standaard werd PAL gedoopt, de Amerikaanse NTSC.
De helderheid (enkel grijstinten in deze periode) van elk puntje op elk van de 625 lijnen werd weergegeven door de spanning te laten variëren naargelang het beeld lichter of donkerder moest zijn. Zo werd een elektrische spanning opgewekt tussen de 0 en 1 Volt (1 Vpp : 1 Volt Peak to peak), over 75 Ohm. Door de spanning te laten variëren in de tijd werd voor elke lijn een variatie aan grijstinten gerealiseerd. Om naar een nieuwe lijn in het beeld te springen werd afgesproken om een spanning tussen 0 en 0,3 Volt te gebruiken. Zo werd een beeld dus opgebouwd door variërende spanningen met 625 keer een spanning tussen 0 en 0,3 Volt per 1/25ste van een seconde. Het is een beetje complex misschien, maar dit is wat analoog heet te zijn! Het analoge beeld wordt niet gevormd door één of nul (de basis van wat digitaal heet), maar door variaties van spanningen.
Voor de volledigheid: Om het beeld niet te laten flikkeren, werden de beeldlijnen niet sequentieel na elkaar geschreven, maar om de andere lijn. Zo spreekt men van 2 fields in één frame. Eerst worden alle pare, dan de onpare lijnen geschreven.
Om het een beetje simpel te houden, spreken we hier nog niet van kleuren. Kleuren maken het complexer, maar doen niets af aan het principe.

Ondertussen

Het pure analoge gebeuren heeft zo wel zijn voordelen, natuurlijk. We hebben een veel rijkere variatie in grijstinten door de grote variatie die mogelijk is tussen 0,3 en 1 Volt, dan wat we met '1' of '0' kunnen uitdrukken.  Uiteraard heeft de digitale wereld oplossingen gezocht om de analoge variaties zo goed mogelijk te benaderen, maar toch blijft het een compromis!
Door een analoog beeld te digitaliseren verliezen we eigenlijk informatie. Het belangrijkste aspect dat ons huidig CCTV landschap bepaalt is echter van economische aard. Er werd immers immens veel apparatuur gebouwd die een analoog signaal van een camera verwacht als invoer. (1Vpp). Eens een ganse industrie op zulke schaal een bepaalde standaard hanteert, moet er een hele stevige nieuwe standaard tegenover staan om van koers te wijzigen. 

Wil dat nu zeggen dat de camera's die een analoog signaal uitgeven, helemaal niet mee zijn met de tijd?
Ik zou het niet durven zeggen! De huidige 'analoge' camera's geven nog wel een analoog signaal uit zodat ze compatibel zijn met de visualisatie en opnameapparatuur, maar zijn veelal binnenin zo digitaal als wat.  Ondertussen maakt de camera al lang geen gebruik meer van buizen om de voltvariaties te produceren het analoge signaal). Het merendeel van de huidige CCTV-camera's is uitgerust met een CCD chip die zorgt voor de beeldvorming. En er zijn reeds heel wat CMOS-gebaseerde camera's in gebruik. Zolang ze een 1Vpp signaal uitsturen, blijven we ze echter hardnekkig 'analoog' noemen.

De beeldbuis van uw oude TV is ge-coat met een laag die oplicht naargelang de intensiteit van de elektronen die er op afgeschoten worden. Ideaal om zo'n analoog signaal op af te sturen. Zo'n beeldbuis is niet alleen enorm vervuilend, maar ook duur om te produceren. Geen wonder dat de industrie minder kostelijke alternatieven heeft gezocht. (Tussen de regels kan je lezen dat de drijfveer economisch was en niet kwalitatief.)

De grootte en het kader van het beeld worden bepaald door de lens. De keuze lens is dan ook de eerste zorg om te bepalen wat we precies in beeld willen brengen.  Eens geweten waar we de camera kunnen bevestigen (waar kan er stroom en transmissiekabel naartoe getrokken worden, waar staat de camera buiten bereik van malafide personen, ...), kunnen we bepalen welke lens we nodig hebben om het gewenste beeld in de camera te loodsen. Dit een eerste criterium voor de lenskeuze is het bereik ervan. Een lens van 8mm geeft een kijkhoek van 35°, terwijl een lens van 40mm een kijkhoek geeft van 7° (bij een CCD element van 1/3”). Daarnaast zijn de iris (bepaalt de lichtdoorlaat) en de backfocus (regeling van de focale lengte van de lens) van belang bij lenzen.  De backfocus is bij camera's met een vaste lens reeds goed afgesteld in de fabriek, maar wordt bij camera's met een verwisselbare lens nogal eens vergeten door installateurs. Dat levert dan een onscherp beeld op.
Bovendien zijn er meerdere lensvattingen op de markt. De meest voorkomende in CCTV zijn 'C-mount' en 'CS-mount' vattingen. De afstand tot het focaal punt verschilt voor deze twee vattingen, nl. respectievelijk 17,526 mm en 12,5 mm. Uiteraard is naast het bovengenoemde, ook de kwaliteit van het glas van de lens zelf van groot belang. Er bestaan zelfs al lenzen op basis van een vloeistof met als voornaamste  voordelen dat ze klein kunnen zijn en dat ze snel kunnen variëren (focussen).

Eens het licht goed en wel door de lens is geraakt, moet het worden omgezet in een transporteerbaar elektronisch of digitaal signaal. We wille immers het beeld reproduceren op een monitor of registreren met een opnameapparaat. Voor deze omzetting zorgt het CCD-  of recenter ook het CMOS- element.  Het belangrijke onderscheid tussen deze twee is dat een CCD beeldlijnen aflevert en een CMOS elk beeldpuntje apart. Uit de gegevens die een CMOS oplevert kunnen we dus elk puntje apart gaan bijsturen, wat niet kan bij een CCD. Een typisch voorbeeld waar CMOS zeer nuttig kan zijn is waar een wagen met aangestoken koplampen naar de camera toe rijdt bij schemerlicht. Een goede CCD camera kan dan via bijkomende processing de overbelichting toelaten om op deze manier toch nog een beetje van de rest van het beeld te kunnen tonen, terwijl met een CMOS camera de beeldpunten van de koplampen kunnen worden bijgewerkt zodat ze het totaalbeeld veel minder storen. CCD's kennen eenzelfde evolutie als in de rest van de elektronica- en ICT-wereld. Alles wordt kleiner en minder duur. De miniaturisering van de CCD's is er vooral op gericht om de productiekosten te drukken en niet om aan kwaliteit te winnen! Er zijn CCD's van 1” tot 1/6” (en steeds kleiner). De meest aangewezen CCD's zijn nog steeds de 1/3” CCD's voor normale omstandigheden en ½” CCD's voor lichtarme omstandigheden. Een CCD met een kleinere oppervlakte heeft niet minder beeldpunten dan zijn grotere broer, daar zit het verschil dus niet. Het is wel zo dat de hoeveelheid licht die op een kleinere oppervlakte kan vallen, kleiner is dan op een grotere oppervlakte. En aangezien licht een van de belangrijkste factoren is om een kwalitatief hoogstaand beeld te verkrijgen, is deze factor absoluut niet onderschatten. Het is dus niet zo dat de meest recente ontwikkelingen (kleinere oppervlakte) altijd betere resultaten geeft. Het resultaat van een camera moet dan ook ALTIJD proefondervindelijk worden vastgesteld op de plaats waar hij dienst zal doen.
Let ook op! De levensduur van een CCD wordt geraamd op 10 jaar! Er zijn dus heel wat camera's aan vervanging toe. Kleuren kunnen de CCD-elementen eigenlijk niet zien! Ze zien alleen licht en donker. Om een kleur te kunnen onderscheiden wordt een gedeelte van de 'pixels' met een film bedekt die bij voorbeeld, alleen rood doorlaat en een ander gedeelte met een film die alleen groen doorlaat, etc. Zo krijgt de camera toch informatie over kleur aangereikt. Een ander euvel van de CCD's is het zogenaamde 'smear'. Bij een fel invallend licht plant het licht zich als het ware voort naar de naburige pixels van de CCD. Bepaalde producenten hebben hier echter iets op gevonden, namelijk een coating op de pixels, die het effect verzachten.

Zoals hierboven al even aangehaald, kan er na de grove omzetting van licht naar een verwerkbaar signaal nog heel wat gebeuren met het beeld alvorens de camera het uitstuurt. In het hierboven aangehaalde voorbeeld van de naderende wagen met koplampen maakt de camera gebruik van de zogenaamde BLC . Deze functie is op bijna alle camera's aanwezig. Deze functie wordt verwezenlijkt door een soort processor in de camera, namelijk de DSP .
De camera moet zichzelf ook kunnen kalibreren voor wat de kleurenbalans betreft. De AWB-functie zorgt hiervoor. Op basis van het referentiewit dat in het geheugen van de camera zit, analyseert de camera het beeld en past de balans aan.
Er is ook een terugkoppeling mogelijk van de camera naar de lens. Wanneer de camera (de DSP) ziet dat er te veel licht binnenvalt op de CCD, kan de iris van de lens worden dichtgeschroefd, Auto Iris genaamd.. (Vergelijk het met een pupil van het menselijk oog). Wanneer het iris van de lens niet automatisch kan worden gestuurd (fixed iris), kan ELC worden toegepast.
Naast deze veel voorkomende functies, worden ondertussen nog meer complexe beeldverbeterfuncties toegepast. Zo zijn er de Wide Dynamic camera's die trachten onder zeer uiteenlopende lichtomstandigheden een zo goed mogelijk beeld te geven. De ervaring leert dat deze pogingen in de regel een gemiddeld gezien bruikbaarder beeld opleveren, maar in gunstige lichtomstandigheden dikwijls een minder scherp gedefinieerd beeld opleveren. Ze zijn in de praktijk nogal moeilijk af te stellen.  In deze camera's zit als het ware een computer die het mogelijk maakt om allerlei parameters in te stellen. Hoe meer er in te stellen valt, hoe meer er fout kan worden ingesteld echter, in de praktijk. Een uitbreiding op de Wide Dynamic camera's is een camera die het beeld dusdanig analyseert dat wanneer er te veel ruis (sneeuw) in zit, deze sneeuw herkent en eruit haalt. Een dusdanig bewerkt beeld levert niet alleen enkel bruikbare informatie, maar levert ook een beeld dat bij opname (na compressie) veel minder opslagruimte vraagt. Camera's hebben immers de neiging om ruis op te leveren bij weinig licht. Een deel van dat probleem kan worden opgevangen door de meest geavanceerde DSP-functie zonet aangehaald, maar uiteindelijk dragen fysische ingrepen nog altijd meer bij. Zo kan een dag/nacht camera overschakelen op zwart/wit beeld als er te weinig licht is. Het weinige licht dat aanwezig is, kan dan verdeeld worden over 4 keer meer pixels zodat een beter beeld verkregen wordt (wel zonder kleur uiteraard).

In de diverse publicaties rond het thema IP-camera, wordt de definitie van een IP-camera vaak vaag gehouden. Zowel de webcam's van enkele 10-tallen euro's als de super gesofisticeerde megapixel camera's van enkele 100-tallen tot enkele 1000-tallen euro's worden in één adem IP-camera's genoemd. Het is duidelijk dat het begrip IP-camera op zich dus niets zegt over het toepassingsgebied. We moeten de kenmerken van de diverse beschikbare IP-camera's van naderbij bekijken willen we een passend antwoord vinden op hun toepasbaarheid en het economische nut daarvan. Maar wat is IP nu precies?

IP staat voor "Internet Protocol". De manier waarop gegevens van punt A naar punt B worden verstuurd, gebruik makend van het Internet, wordt geregeld door een internationale afspraak. Indien ik iets verstuur naar punt B, hoe ga ik dan het adres van punt B meegeven? Hoe ga ik ervoor zorgen dat punt B weet dat alle gegevens zijn toegekomen? Hoe ga ik punt A laten weten dat alles is toegekomen? Ga ik dat in één groot pakket informatie opsturen, of deel ik het best op in kleinere stukjes? Al deze afspraken werden vastgelegd in een afspraak (protocol), zodat de punten A en B elkaar begrijpen.
IP slaat dus enkel op de manier waarop de gegevens (beelden in dit geval) worden getransporteerd van punt A naar punt B.

Zegt IP dan iets over welke kabels kunnen worden gebruikt voor dat transport? Eigenlijk niet! Het IP-protocol kan vandaag worden toegepast over diverse soorten kabels. Er is IP over elektriciteitsnetten, over coaxiale kabels , over telefoonkabel, draadloos, glasvezel, etc. .... Het is wel zo dat voor lokale PC-netwerken, die ook meestal gebruik maken van IP, de bekabeling meestal bestaat uit CAT-5  of CAT-6 kabels, aangevuld met glasvezel voor de ruggengraat van het netwerk. Hier zit dan ook het potentiële voordeel van de keuze voor transport over IP. Indien er al een sterk uitgebouw computernetwerk bestaat én er is (veel) capaciteit vrij beschikbaar én dat netwerk is secure opgezet (zowel fysisch als logisch), dan is dit netwerk een geschikte kandidaat voor het transport van security-camerabeelden. We nemen in deze overweging duidelijk mee dat kritische camerabeelden andere eisen stellen naar beschikbaarheid van het netwerk toe dan minder kritische (toezicht) beelden.

Indien de bovenstaande voorwaarden zijn vervuld, neem ik dan een IP-camera? Niet zeker! De jarenlang gerijpte en zeer scherp geprijsde analoge camera's kunnen immers ook worden aangesloten op een IP-netwerk, mits een hulpmiddel (encoder). Een degelijke encoder heeft wel een relatief hoge kostprijs (ongeveer de prijs van een degelijke analoge camera). Dat is dus zeker ook bepalend voor de economische besluitvorming.

Indien er een camera (of camera + encoder) op de markt beschikbaar is die beelden over IP transporteert en een voor uw toepassing geschikte resolutie (aantal beeldpunten in het totale beeld)  en beeldverversing  (snelheid waarmee wijzigingen in het beeld worden weergegeven/opgenomen, uitgedrukt in aantal beelden per seconde) oplevert en bovendien, bekabeling inclusief, een kostprijs vergelijkbaar met de analoge oplossing heeft.
Veel (door verkopers) gehanteerde voordelen van de IP-camera zijn de beeldanalyse functies die in de camera zelf aanwezig kunnen zijn. Het is inderdaad een voordeel wanneer de bewegingsdetectie door een processor in de camera worden afgehandeld in de plaats van op een centrale unit (specifieke beeldverwerkingunit, DVR , NVR  of hybride). U bespaart immers bandbreedte, nodig voor het transport van nuttige beelden.

In de praktijk betekent de keuze voor zulke functies in de camera ook altijd een 'proprietary' systeem voor de opname van de beelden. Deze keuze beperkt uw toekomstige keuzes tot veelal ENKEL die ene camera. Indien u een geïsoleerd probleem heeft, en deze combinatie daarvoor de gepaste oplossing is, kan dat het zijn dat dit de beste keuze is. Maar zeker niet in alle gevallen dus. Wenst u in de toekomst een vrije en vrij uigebreide keuze te behouden van het type en merk van camera, dan is een gesloten systeem uiteraard niet de beste keuze.

Er bestaan beeldverwerking- en opnamesystemen die een brede waaier aan IP-camera's ondersteunen Deze systemen beperken zich in de regel tot de meest algemene functies van de camera (visualiseren en opnemen van beeld). Bijvoorbeeld de bewegingdetectie functie van de camera zelf wordt door zulke systemen bijna nooit gebruikt. Met andere woorden, u verliest het voordeel van het optimale netwerkbandbreedtegebruik.

De meeste IP-camera's' zijn eigenlijk kleine computers, met de voor- en nadelen van computers. Maar de eenvoud van hun toepassing maakt hen meer en meer de bevoorrechte keuze.

Het merendeel van de ingezette camera's wereldwijd wordt niet live bekeken, maar dient vooral voor analyse achteraf. De opgenomen beelden worden bekeken en geanalyseerd nadat er zich iets heeft voorgedaan. Dat betekent impliciet dat u met de krachtige zoom en pan/tilt -mogelijkheden van speeddomecamera's in de praktijk geen centimeter vooruit komt. U zou wel willen inzoomen op de opgenomen beelden, maar ja, daarvoor is de resolutie van een klassieke security camera veel te beperkt. U hebt nu eenmaal maar maximaal FULL-PAL (768 x 576 beeldpunten) ter beschikking. (vergelijk met een TV-beeld van de klassieke beeldbuis TV's van 10 jaar geleden). Indien u een fragment van dat beeld wil uitvergroten, zal u zeker merken hoe slecht een dergelijk beeld eigenlijk wel is. Helemaal niet te vergelijken met de kwaliteit van een digitale camera bijvoorbeeld. De digitale camera waarmee u foto's neemt hebben een vele malen grotere resolutie dan een klassiek full-pal beeld. Ter vergelijking; een foto met een resolutie van 1 megapixel (courante fotocamera's leveren 5 tot 10 megapixels) heeft 1.000.000 pixels, terwijl een full-pal beeld er 442.368 heeft.

Duidelijk dus. Met de resolutie van een courante megapixelcamera heeft u de mogelijkheid om achteraf uit de opgenomen beelden meer detail te halen dan uit eender welk analoog beeld. Dat is net de sterkte van megapixel technologie.

Voor 'live' toezicht bent u nog steeds beter met een goede speeddome met 18~26x zoom dan met een megapixel camera, maar voor analyse achteraf komt u met een klassieke speeddome geen centimeter vooruit. Hij staat steevast verkeerd gepositioneerd en levert veel te weinig pixels voor analyse achteraf. Weer ter vergelijking; in een opgenomen 5 megapixelbeeld, kunt u meer dan 10x inzoomen zonder enig kwaliteitsverlies ten opzichte van een klassiek full-pal beeld.

EUREKA, hoor ik u roepen? Wel, er zijn natuurlijk ook nadelen.
Zulk een superieure hoeveelheid aan beeldinformatie opleveren, vraagt ook superieure lenzen en beeldvormingstechnieken (CCD's of CMOS). Bovendien vraagt de oplevering van zulke hoge definitiebeelden veel processorvermogen. Hoewel: Mobotix camera's verwerken alle beeldgegevens IN de camera en beperken hierdoor de hoeveelheid te transporteren gegevens. Een netwerk met meer dan 50 camera's is mogelijk zonder enige overbelasting.
Naast een hoge eis aan transport van de beelden, is er ook de eis om voldoende belichting voor zo'n gedetailleerd beeld. De 5-megapixel levert immers meer dan 10x meer pixels dan de klassieke analoge camera. Het licht valt nochtans door een vergelijkbare lens en op een vergelijkbare oppervlakte van beeldvormingselement in de camera. In de regel is er dus meer licht nodig. Sommige camera's, lossen dat op door met 2 beeldverwerkingselementen te werken, één voor 's nachts en één voor overdag. Bovendien is deze camera met 2 lenzen uitgerust.
Met een goed gepositioneerde 5-megapixel camera kunt u dus 5 tot 10 analoge camera's vervangen. En beeldopname kan met de modernste camera's reeds op de camera zelf. Grotere hoeveelheden worden op een Network Area Storage server opgeslagen. Dit is niets anders dan een hoeveelheid geclusterde harde schijven. Voordelen: goedkoop (een 500GB NAS server is reeds beschikbaar voor 200 euro!), betrouwbaar (levensduur meerdere jaren), vervangbaar zonder data-verlies, universeel (niet merkgebonden!).

De meeste digitale camera's gebruiken een CCD opname-element dat het opgenomen beeld analoog afgeeft. Digitaal/analoog converters zetten dit signaal vervolgens om in een digitaal signaal.

Enkele fabrikanten echter gebruiken 100% digitale beeldverwerking (met CMOS), vanaf het moment van registreren van een beeld tot het afgeven aan de uitgang van de camera: Mobotix, en recent ook Sanyo.

Mobotix is een Duitse fabrikant en marktleider met een sensortechnologie waarmee u hoog resolutie video combineert met spraak weergave (intercom) en de integratie en bediening van randapparatuur. Onze camera’s zijn één met hun omgeving en controleren daarin het proces wat anders door meerdere personen en systemen verricht zou moeten worden. Wij zijn in staat om preventief en uitvoerend kosten te besparen.
Dankzij de hoog resolutie beeldweergave zijn er minder camera’s nodig voor een duidelijke weergave van een relatief groot gebied. In vergelijking; een 3 Megapixel Mobotix camera levert 12 keer meer detail op dan een analoog video systeem. Dat houdt namelijk op bij maximaal 0,4 Megapixel. Vraag uzelf eens af; zou u nog een GSM of fototoestel kopen met 0,4 Megapixel beeldkwaliteit? U moet er voor naar het museum!
Naast de hoge resolutie, en daarmee uitstekende herkenbaarheid, anticipeert men door middel van sensoren op veranderingen in de omgeving. Denk daarbij aan richtingsgevoelige bewegingen, afwijkende geluiden, temperatuurschommelingen, een open- of dichtgaande deur of iemand die de (ingebouwde) intercom activeert. Zelfstandig slaan ‘we’ alarm, maken een opname en initiëren een vooraf bepaalde reactie waardoor men bijvoorbeeld, als ondersteuning van een toegangscontrolesysteem, een slot ontgrendelt, een lamp aanschakelt en het bericht laat horen ‘welkom bij Mobotix, uw parkeerplaats is gereserveerd, meldt u zich vervolgens bij de receptie dan helpen wij u verder’.
Mobotix is het unieke systeem dat flexibel en gedurende 24 uur per dag tegen een geringe investering uw dynamische organisatie kan ondersteunen.
Wat maakt het Mobotix concept zo uniek:Mobotixs camera

  • Naar keuze 1 of 2 lenzen met dag of nacht visie
  • Kijkhoeken van 15º (tele) tot 180º (fisheye)
  • Duurzaam en geschikt voor binnen én buiten
  • Direct aan te sluiten op PC netwerk én router
  • Schakel- en signaal ingangen én uitgangen
  • Intercomfunctie met luidspreker én microfoon
  • Geen extra hardware én software nodig
  • Opslag van beelden in de camera én in het netwerk
  • Alarmmelding naar beeldtelefoon én servicedienst
  • Integreert logo’s voor website promotie en in films

Samengevat: IP camera's


(+) Indien bestaande netwerkinfrastructuur het toelaat en 'secure' is: kostenbesparend  
(+) Indien geïsoleerde oplossing: gebruik van IP-camerabeeldanalyse functies

(-) Netwerkbelasting door andere applicaties is onvoorspelbaar
(-) IP camera beeldanalyse functionaliteit gaat ten koste van de integratiemogelijkheden (proprietary)
(-) Veelvuldige upgrades van firm- en software
(-) Gebrek aan standaardisatie staat gebruik van IP camera functies in de weg

Samengevat: Megapixel camera's

(+) Vele malen hogere resolutie dan klassieke, analoge camera's
(+) Uitermate geschikt voor analyse achteraf
(+) Kan in geschikte omstandigheden vele analoge camera's vervangen
(+) Lage netwerkbelasting
(+) Systemen met niet-merkgebonden standaard computermateriaal
(+) Beeldverwerkingssoftware gratis
(+) Bekabeling bestaat uit één enkele cat5 UTP kabel (inclusief voeding!): goedkope montage

(-) bij extreem weinig licht minder goede beeldkwaliteit
(-) complexe configuratie

Bepaal uw keuze

1. Bepaal het detail dat uw toepassing nodig heeft in het beeld van de camera.
2. Bepaal de snelheid waarmee uw toepassing de bewegingen in het beeld wil waarnemen. (Moet ik van een hardlopende persoon elke stap in het beeld zien, of volstaat een beeld om de twee stappen?)
3. Hebt u reeds een bestaand bekabelingsnetwerk of moet alles nieuw? In geval van puur digitale camera's volstaat één enkele cat5 UTP kabel (€2/meter) voor de verbinding met de opslagmedia.
4. Wat is het op te nemen gebied? Met een digitale megapixel camera kunnen tot 5 gewone analoge camera's vervangen worden.
5. Beeldopname- en -verwerkingssoftware is gratis bij Mobotix: een besparing van duizenden euro's!
6. Onderhoud: geen bewegende delen bij digitale Mobotix camera's. Dus geen slijtage, dus geen onderhoudskosten.


Let op: Indien u reeds centrale opnameapparatuur heeft opgesteld, zal deze bestaande oplossing eveneens een doorslaggevende invloed hebben op de keuze van de camera voor uw nieuwe toepassing.

 

 

 

webdesign: http://mysafety.be Incl. BTW